Boer Robert Oomen in Gilze heeft besloten om gras te gaan maaien voor het wintervoer van zijn koeien. De loonwerker is besteld en die zal de volgende dag komen. Maar er is een klein probleempje. Op het land leeft een flinke familie reeën en voor die dieren is het nu de tijd om hun jongen ter wereld te brengen. Die kleintjes liggen soms in het lange gras en blijven bij naderend onheil doodstil liggen. Dat betekent een zekere dood als de maaimachine ze raakt.

Oomen neemt contact op met Jan ven Gestel. Die is lid van de vrijwillige weidevogelbescherming. De mensen van deze groep hebben in de voorbije maanden diverse keren de velden doorkruist bij het zoeken naar nesten van de kievit en de wulp. Kunnen zij misschien nog een keer het veld in gaan om naar reekalfjes te zoeken? Jan is enthousiast, maar beseft dat de kleine hertjes in een groot veld met lang gras moeilijk te vinden zijn. Maar de moderne techniek komt te hulp. Bij Brabants Landschap hebben ze een drone waarmee ze vogelnesten kunnen opsporen. Dan moet het ook mogelijk zijn om pasgeboren reetjes te vinden.

Drone

En zo wordt de volgende dag om zes uur de drone met besturingssysteem opgesteld langs de Vijfhuizenbaan. Vrijwel geruisloos vliegt de drone boven het veld en zoekt systematisch naar objecten die warmer zijn dan de bodem. Er worden een paar hazen gevonden en ook ligt er ergens een volwassen ree. Die worden met rust gelaten, die lopen zelf wel weg als straks de maaimachine nadert. Er worden geen reekalfjes in het veld gevonden. Aan de ene kant mag het licht teleurstellend zijn dat er niets wordt gevonden, maar aan de andere kant is het geruststellend dat er straks geen slachtoffers vallen. De maaimachine kan komen.

Wilt u meer weten over het werk van de weidevogelbescherming? U kunt contact opnemen met André Helder, coördinator van de ABG weidevogelgroep: helderveenis@hetnet.nl.